Alles wat je moet weten over verdoving bij de tandarts
Een controle bij de tandarts is meestal zo voorbij, maar het trekken van een kies of een wortelkanaalbehandeling kan erg pijnlijk zijn. Gelukkig kan deze pijn worden voorkomen door een tijdelijke verdoving. Meestal geeft de tandarts zelf de verdoving, maar de tandarts kan ook de opdracht hiertoe geven aan de assistent of de mondhygiënist. Als de assistent verdooft, dan moet de tandarts hier toezicht op houden. Bij de mondhygiënist is dit niet nodig.
Er zijn een aantal behandelingen die niet zonder verdoving kunnen worden uitgevoerd, omdat deze anders te pijnlijk zijn. Het trekken van een tand of kies of een wortelkanaalbehandeling zijn hier voorbeelden van. Bij het vullen van een gaatje is er niet altijd verdoving nodig. Vaak wordt bij een klein gaatje geen verdoving toegepast. Mocht je tóch graag een verdoving willen, ook al zegt de tandarts dat dit niet hoeft, dan kun je dit altijd bespreken. Andersom kan natuurlijk ook: in overleg zou de tandarts eerst zonder verdoving de behandeling kunnen starten en de verdoving pas toe kunnen dienen als de behandeling te pijnlijk wordt.
Soms werkt de verdoving niet. Oorzaken kunnen een hevige ontsteking, extreme angst of alcoholgebruik zijn.
Er zijn verschillende manieren van verdoven, zoals conventionele verdoving waarbij er oppervlakte verdoving, geleidings- of infiltratie verdoving, intraligamentaire verdoving en intrapulpaire verdoving wordt toegepast. Een nieuwe techniek van verdoven in de tandheelkunde is de intraossale verdoving, waarbij het bot verdoofd wordt. Voor kinderen en volwassenen met een erge angst voor de tandarts en bij patiënten met een beperking, kan lachgassedatie of algehele narcose een oplossing bieden.
De kosten voor een verdoving zijn voor volwassenen niet in het basispakket inbegrepen. Vergoeding van (of een deel van) de kosten komt uit de aanvullende tandartsverzekering. Bij bijzondere handelingen zoals algehele narcose, moet eerst toestemming worden gevraagd bij de zorgverzekeraar.
Elke verdovingswijze of -middel heeft zijn risico’s en bijwerkingen. Het is belangrijk om aan je tandarts door te geven welke medicijnen je gebruikt, je medische situatie en eventuele problemen met lokale verdoving in het verleden.
Het is normaal dat je lip en tong tintelen en dik aanvoelen tijdens de verdoving. Eet en drink geen warme gerechten of dranken totdat de verdoving is uitgewerkt. Let erop dat je niet op je tong of wang kauwt om beschadiging te voorkomen. In uitzonderlijke gevallen kan de verdoving niet goed werken. Bij onbedoelde inspuiting van verdovingsvloeistof in een bloedvat, kunnen hartkloppingen en misselijkheid optreden. Neem contact op met je tandarts als je deze symptomen ervaart.
Voor meer informatie over verschillende verdovingstechnieken en hun toepassingen, raadpleeg KNMT, American Association for Endodontists en Journal of Dental Anesthesia and Pain Medicine.